DictionaryForumContacts

Morphology analysis
verordening (2882) | Noun, feminine
verordening
-
verordenaan | Verb
1 aanverordenaan
2 aanverordenaand
3 aangeverordenaan
4 verordena
5 verordenaat
6 verordenaat
7 verordenaan
8 verordenaan
9 verordenaan
10 aangeverordenaan
11 aangeverordenaan
12 aangeverordenaan
13 aangeverordenaan
14 aangeverordenaan
15 aangeverordenaan
16 verordening
17 verordening
18 verordening
19 verordeningen
20 verordeningen
21 verordeningen
22 aangeverordenaan
23 aangeverordenaan
24 aangeverordenaan
25 aangeverordenaan
26 aangeverordenaan
27 aangeverordenaan
28 aanverordenaan
29 aanverordenaan
30 aanverordenaan
31 aanverordenaan
32 aanverordenaan
33 aanverordenaan
34 aangeverordenaan
35 aangeverordenaan
36 aangeverordenaan
37 aangeverordenaan
38 aangeverordenaan
39 aangeverordenaan
40 aanverordenaan
41 aanverordenaan
42 aanverordenaan
43 aanverordenaan
44 aanverordenaan
45 aanverordenaan
46 aangeverordenaan
47 aangeverordenaan
48 aangeverordenaan
49 aangeverordenaan
50 aangeverordenaan
51 aangeverordenaan
52 verordena