DictionaryForumContacts

   German
Google | Forvo | +
noun | verb | to phrases
polieren n
construct. opzoeten; politoeren (mit Politur)
Polieren n n -s
construct. schuren met zandsteen
polieren v
commun. gladmaken; bruineren
construct. ontkorrelen
cultur., commun. effenen
met. polijsten
Polieren v
gen. slijpen
chem. poetsen
chem., construct. glanzen
construct. zandsteenschuurwerk
industr., construct., met. poleren; voorpolijsten
met. bruineren
tech. polijsten
Polier v
chem., el. voorman-metselaar
construct. meesterknecht; onderbaas; uitvoerder
lab.law. ploegbaas; voorman
Polierer v
econ., lab.law. polijster
polieren
: 37 phrases in 9 subjects
Agriculture3
Chemistry7
Communications1
General5
Industry8
Medical1
Metallurgy4
Patents7
Technology1