| |||
eten v5u vt male; 牛が生草を grazen; afgrazen; leven m; zich voeden; veel verbruiken; veel verteren; veel consumeren; bijten; happen; de tanden zetten in; ergens in trappen; zich om de tuin laten leiden; zich laten beetnemen; zich te grazen laten nemen; zich laten foppen; zich laten beduvelen; zich in het ootje laten nemen; overwinnen; verslaan n; de tegenstander opvreten |
食う : 30 phrases in 1 subject |
General | 30 |