| |||
vastbinden v5r vt; binden; bijeenbinden; samenbinden; opbinden; knevelen; knopen; sjorren; vastsjorren; vastknopen; vastmaken n; vastleggen; vastsnoeren; zeew. beleggen; m.b.t. scheepv. seizen; dichtbinden; dichtsnoeren; dichtrijgen; m.b.t. wonde verbinden; afbinden; fig. inbinden; beperken; fig. kluisteren; fig. boeien; fig. ketenen; beknotten; uitdr. de handen binden; uitdr. aan banden leggen |
縛る : 31 phrases in 1 subject |
General | 31 |