| |||
stutten v5r; steunen; ondersteunen; overeind houden; schragen; schoren; onderstutten; opstutten; gew. stiepen; sumojargon met de handen stoten; zich opspannen; verstrammen; verstijven; verstrakken; doordrammen; blijven aandringen; drammen; uitdagen; provoceren; tarten; w.g. uittarten; weerspannig zijn; rebels zijn; gew. niet meewillen | |||
rebellig zijn |