| |||
zeker adj-na n; veilig; betrouwbaar; natuurlijk m; zekerheid f; betrouwbaarheid f; geloofwaardigheid f; echtheid f; authenticiteit f; stellig; vast; vast en zeker; beslist; met zekerheid; voorzeker; ongetwijfeld |
確実 : 4 phrases in 1 subject |
General | 4 |