| |||
afnemen v5r vi; verminderen; krimpen; teruglopen; kleiner worden; minder worden; minderen; achteruitgaan; dalen; slinken; zakken; inkrimpen; i.h.b. slijten; verslijten; terugdeinzen; terugschrikken; versagen (meestal in combinatie met een negatie) |
減る : 23 phrases in 1 subject |
General | 23 |