| |||
klaar adj-na n; helder n; duidelijk; klaarblijkelijk; kennelijk; evident; onmiskenbaar; manifest n; apparent; wijs f; zindelijk; opgewekt; opgeruimd; uitgesproken; aanwijsbaar; apert; onomstotelijk; goed waarneembaar; zichtbaar; expliciet; ongetwijfeld; zeer zeker; ontegenzeglijk; ontwijfelbaar; zonder twijfel; zonder meer; stellig |
明らか : 25 phrases in 1 subject |
General | 25 |