| |||
in verbinding staan v5r vi uk (met); aansluiten (op); aansluiting hebben (met); verbonden zijn (aan); gebonden zijn (aan); gekoppeld zijn (aan); gelinkt zijn (aan); aaneengeschakeld zijn (aan); aaneengesloten zijn (aan); vastliggen (aan); telef. doorverbonden zijn met; telef. doorverbinding krijgen met; leiden naar; uitlopen op; resulteren in; verband houden (met); in verband staan (met); betrekking hebben op; samenhangen met; te maken hebben met; uitstaan met; in relatie staan tot; gerelateerd zijn aan; betrokken zijn bij; geïnvolveerd zijn bij; aanverwant zijn aan; geparenteerd zijn aan; form. vermaagschapt zijn aan; gelieerd zijn aan |
接続る : 4 phrases in 1 subject |
Microsoft | 4 |