| |||
schaamstreek n; schaamdeel n; schaamdelen; geslachtsdeel n; geslachtsdelen; edele delen; genitaliën m; pudenda f; teeldeel n; teeldelen; schaamlid n; geslacht n; gênante plaats; plek f; aspect waarvoor men zich moet schamen; schande f; schandvlek f | |||
schaamte f |