| |||
instorting n vs; ineenstorting f; inzakking f; ineenzakking f; verzakking f; het wegzakken; afbrokkeling m; collaps m; fig. val; het uiteenvallen; natuurk. desintegratie; verval m; chem. degradatie; instorten; ineenstorten; ineenzakken; inzakken; in elkaar zakken; ineenvallen; invallen; afbrokkelen n; collaberen; fig. ten val komen; uit elkaar vallen; natuurk. desintegreren; uiteenvallen |