DictionaryForumContacts

Morphology analysis
uitschenken (9) | Verb
1 uitschenken
2 uitschenkend
3 uitgeschonken
4 uit
5 uit
6 uit
7 uit
8 uit
9 uit
10 uitgeschonken
11 uitgeschonken
12 uitgeschonken
13 uitgeschonken
14 uitgeschonken
15 uitgeschonken
16 uit
17 uit
18 uit
19 uit
20 uit
21 uit
22 uitgeschonken
23 uitgeschonken
24 uitgeschonken
25 uitgeschonken
26 uitgeschonken
27 uitgeschonken
28 uitschenken
29 uitschenken
30 uitschenken
31 uitschenken
32 uitschenken
33 uitschenken
34 uitgeschonken
35 uitgeschonken
36 uitgeschonken
37 uitgeschonken
38 uitgeschonken
39 uitgeschonken
40 uitschenken
41 uitschenken
42 uitschenken
43 uitschenken
44 uitschenken
45 uitschenken
46 uitgeschonken
47 uitgeschonken
48 uitgeschonken
49 uitgeschonken
50 uitgeschonken
51 uitgeschonken
52 uit