DictionaryForumContacts

Morphology analysis
scherpte (50) | Noun, feminine
scherpte
-
scherpen (116) | Verb
1 scherpen
2 scherpend
3 gescherpt
4 scherp
5 scherpt
6 scherpt
7 scherpen
8 scherpen
9 scherpen
10 gescherpt
11 gescherpt
12 gescherpt
13 gescherpt
14 gescherpt
15 gescherpt
16 scherpte
17 scherpte
18 scherpte
19 scherpten
20 scherpten
21 scherpten
22 gescherpt
23 gescherpt
24 gescherpt
25 gescherpt
26 gescherpt
27 gescherpt
28 scherpen
29 scherpen
30 scherpen
31 scherpen
32 scherpen
33 scherpen
34 gescherpt
35 gescherpt
36 gescherpt
37 gescherpt
38 gescherpt
39 gescherpt
40 scherpen
41 scherpen
42 scherpen
43 scherpen
44 scherpen
45 scherpen
46 gescherpt
47 gescherpt
48 gescherpt
49 gescherpt
50 gescherpt
51 gescherpt
52 scherp
scherpen (162) | Verb
1 aanscherpen
2 aanscherpend
3 aangescherpt
4 scherp
5 scherpt
6 scherpt
7 scherpen
8 scherpen
9 scherpen
10 aangescherpt
11 aangescherpt
12 aangescherpt
13 aangescherpt
14 aangescherpt
15 aangescherpt
16 scherpte
17 scherpte
18 scherpte
19 scherpten
20 scherpten
21 scherpten
22 aangescherpt
23 aangescherpt
24 aangescherpt
25 aangescherpt
26 aangescherpt
27 aangescherpt
28 aanscherpen
29 aanscherpen
30 aanscherpen
31 aanscherpen
32 aanscherpen
33 aanscherpen
34 aangescherpt
35 aangescherpt
36 aangescherpt
37 aangescherpt
38 aangescherpt
39 aangescherpt
40 aanscherpen
41 aanscherpen
42 aanscherpen
43 aanscherpen
44 aanscherpen
45 aanscherpen
46 aangescherpt
47 aangescherpt
48 aangescherpt
49 aangescherpt
50 aangescherpt
51 aangescherpt
52 scherp